Geachte heer Bach, In de afgelopen decennia heb ik, bij het bestuderen en bewerken van uw muziek, zoveel vragen verzameld dat ik, zou het mij vergund zijn om eens een middagje met u door te brengen, niet zou weten waar te beginnen.
Why is it that singing is generally considered more personal than instrumental playing? Why is it that we appreciate folk music as sincere and authentic? Why do we long for some jazz or rock music after having listened to classical music for a while? I think that the thoroughly-felt emotional link that singers, pop, folk or jazz musicians have with their music is a good trade for skillful reproductions of existing compositions.
But also, sometimes, we fall for the big picture of an elaborate composition, and want to know about the form, try to understand why a seemingly rational piece of music touches us. We examine what is behind the formal concept, finding the abstract root of this particular piece of art. And sometimes, we are so moved by it that we want to possess it, make it part of ourselves. From the abstract basis, we build up a new piece of art of our own, rightful in itself, albeit not completely original. That is when a good arrangement is born.
Arrangements have been given a bad reputation. Often, arrangers don’t know exactly why the music was written in the way it was written. They stay close to the original even though their choice of instruments does not fit with the idiom of the original. A true arrangement is a new composition, with new premises, based on the original idea, but completely stripped from its formal aspects. To get there, the arranger must find out what is content and what form, and sometimes that is pretty difficult.
When a musician reaches the point that he knows exactly why every note is played and how, we can feel that true relation between composition and performer again, and the arranger can rightfully write his name next to the composer’s.
Geachte heer Bach, In de afgelopen decennia heb ik, bij het bestuderen en bewerken van uw muziek, zoveel vragen verzameld dat ik, zou het mij vergund zijn om eens een middagje met u door te brengen, niet zou weten waar te beginnen.
Notes are not tones. My philosophy about tones is that no notation is ever sufficient to describe a tone.
In 2020 werd ik door Kiki Raposo-de Haas, voormalig manager van Calefax, genomineerd voor de Akademie van Kunsten, de kunstpoot van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.
I only started teaching when I was 47, following a request by the Royal Conservatoire The Hague. Until then, I had always considered myself too young to teach.
Leven is nutteloos. Het kan verrassend leuk zijn, maar niemand verplicht je ertoe: je kunt het ook niet doen. Hetzelfde geldt voor kunst.
In 2007 zag ik voor het eerst Pixar’s animatiefilm Ratatouille, waarin de Parijse rat Remy er in slaagt om de keuken van een bekroond restaurant over te nemen en succesvol te runnen.
In Calefax wordt veel gediscussieerd. Dat begon al toen we nog maar net op het conservatorium zaten, als gymnasiastenclubje dat zich eigenlijk te goed voelde voor de Hbo-opleiding.
The path to this recording was long, windy and fascinating. It started with the awareness that the cello suites provide exceptional playing material for saxophonists.
De weg naar deze opname was lang, bochtig en interessant. Het begon vanuit het besef dat de suites zulk subliem speelmateriaal vormen voor saxofonisten.
I see an arrangement as a new conception of an older musical idea. Staying true to the original musical message with new instrumental means it should give way to new aspects of the composition.
Ergens in het najaar van 1997 stond ik te plassen in een urinoir. Naast me stond Frans Brüggen te plassen, in een ander urinoir.
Even before I entered conservatory, it was clear there was one composer who stood head and shoulders above the rest: Johann Sebastian Bach.
Nog voordat ik naar het conservatorium werd het mij duidelijk dat er één componist was die boven alle andere verheven was: Johann Sebastian Bach.
De bizarre vermenging van zo’n hyperformeel staatsbezoek met het toch altijd wat slordige Azië, raar hoor.
Calefax beziet de muziekgeschiedenis als het smoelenboek van de grote sociëteit der componisten.
Paganini Plus is the follow-up of Paganini Caprices for Saxophone. This new collection I gathered and arranged in the last few years for performances with Hans Eijsackers.
Paganini Plus is de opvolger van Paganini Caprices voor saxofoon. Deze nieuwe collectie heb ik de afgelopen jaren verzameld en gearrangeerd voor optredens met Hans Eijsackers.
China kan alleen nog maar meevallen. De afgelopen maand heb ik zeker zes boeken gelezen over het land. Het beeld was niet positief.
The nineteenth century not only marks the birth of the saxophone, it also ushered in the unique phenomenon of the virtuoso-composer.
De negentiende eeuw bracht niet alleen de geboorte van de saxofoon, maar ook een nieuw fenomeen: de virtuoos-componist.
Why is it that singing is generally considered more personal than instrumental playing?